NANCY K. DILLON - A GAME OF SWANS

Het laatste wat je over de Amerikaanse singer songwriter Nancy K Dillon kunt zeggen, is dat ze niet de tijd neemt om het nieuwe werk dat ze klaar heeft, te laten rijpen en uit te puren: sinds haar debuut “Just Let Me Dream” uit 2004 is dit namelijk slechts haar tweede plaat. Er was in 2010 “Roses Guide to Time Travel”, er kwamen een live ep en een Kerstsingle in 2017 en nu is er dus de nieuwe full-CD.

Eén beluistering van die plaat volstaat eigenlijk om te begrijpen waarom er zoveel tijd kruipt in het maken van zo’n nieuwe CD: wat Nancy brengt, zijn niet “zomaar” teksten, nee, dit is zuivere poëzie op muziek gezet. Zoiets veronderstelt schrijven en herschrijven, schrappen, weggooien en herbeginnen. Nu, als dat tot een resultaat leidt zoals deze “A Game of Swans” er een is, dan is het Nancy meteen vergeven dat ze haar fans zo lang laat wachten.

Wat ik net schreef, geeft aan dat de songs op deze plaat van Nancy’s eigen hand zijn: twee uitzonderingen niet te na gesproken en daarmee wil ik graag beginnen “St Jude” is van de hand van Drew Nelson, een kerel van wie ik me terloops afvraag wat er van hem geworden is. In elk geval, “St Jude” stond destijds op zijn redelijk straffe “Tilt-a-Whirl”-CD en krijgt hier van Nancy eenversie vanuit het vrouwelijk standpunt van het hoofdpersonage dat op zoek gaat naar haar geliefde, die al zeven jaar vertrokken is naar het leger en al die tijd niet één brief stuurde. De hoop en tegelijk de tristesse stralen af van de zang en het zegt veel over de zangcapaciteiten van Nancy, dat ze beide emoties via haar stem vorm kan geven.

Tweede cover is “Fire in the Hole” van Pat Long, de man achter de nu totaal vergeten maar ooit erg succesvolle Oklahoma band “Blue Rose Café”, op wiens website je vandaag nog de auteursversie kunt horen. De song handelt over een mijnramp, die dertien slachtoffers maakte en de baseline van de auteur is dat het tussen mens en natuur altijd een kwestie is van geven en nemen. Brutaal en briljant nummer, dat hier, mede vanwege de fraaie Resonatorpartij van Stacy Phillips en de de meerstemmigheid van het refrein, moeiteloos voor kippenvel zorgt.

Dat brengt ons bij de eigen songs van Nancy, die deels naar haar Schots-Ierse afkomst neigen, zoals het samen met Gavin Sutherland geschreven en schitterende “Poor Man’s Lullaby” en vooral stuk voor stuk sterke verhalen herbergen. Bij opener “Dutchman’s Gold”, gaat het over een Duitser, die een goudmijn ontdekt zou hebben in de Superstition Mountains. Heerlijk verhaal en een eerste voorbeeld van het vermogen tot formuleren waar Nancy over beschikt.

Veelal sober gearrangeerde songs, die voor zichzelf spreken en waar in die heerlijke stem van Nancy mag schitteren, dat is zowat het recept van deze plaat, waarmee Nancy K Dillon zich schroomloos in het rijtje mag scharen waar ook Gillian Welch en Nanci Griffith in thuishoren. Ik weet het, dat is geen waardevrije classificatie, maar wat mij betreft zeer gemeend. Klasseplaat!

(Dani Heyvaert)

 


Artiest info
Website  
 

CD Baby

Label: Rose Rock Records

video